Haganumfestival

Haganumfestival Met dit jaar o.a. Douwe Bob, Typhoon, Manu, Guus van der Steen, Arjen Lubach, Ronald Giphart en Ozcan Akyol. Spraakwaterval, debat, Haagse scholenslam met jonge dichters van
10 verschillende middelbare scholen.

Gepost in Events, Geen categorie | Plaats een reactie

Het Woordenrijk bij Den Haag FM

Het Woordenrijk is een wekelijks poëzieprogramma van het Haags dichtersgilde bij Den Haag FM.Met deze week: recensie Edwin Fagel, veel aandacht voor het Haganumfestival/Haagse scholenslam Verder agenda & nieuws, muziektips Fay van Faassen. Co-presentator Diann van Faassen met poëzie in de pop. Presentatie Harry Zevenbergen. Kijk voor fragmenten, nieuws, foto´s uit het Woordenrijk op de fb-pagina van het Woordenrijk.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Het Woordenrijk bij Den Haag FM 92.0

Het Woordenrijk is een wekelijks poëzieprogramma van het Haags dichtersgilde bij Den Haag FM.Met deze week: Jeroen de Vos over zijn  literaire cabaret, agenda & nieuws, muziektips Fay van Faassen. Co-presentator Gilles Boeuf met vertaalde poëzie. Presentatie Harry Zevenbergen. Kijk voor fragmenten, nieuws, foto´s uit het Woordenrijk op de fb-pagina van het Woordenrijk.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Het Woordenrijk op Den Haag FM 92.0

Het Woordenrijk is een wekelijks poëzieprogramma van het Haags dichtersgilde bij Den Haag FM.Met deze week: Tuvit Shlomi over haar debuut ´Avond Malen´, recensie van Ricco van Nierop, agenda & nieuws, muziektips Fay van Faassen. Co-presentator Anne-Tjerk Mante met ´dichter op straat´. Presentatie Harry Zevenbergen. Kijk voor fragmenten, nieuws, foto´s uit het Woordenrijk op de
fb-pagina van het Woordenrijk.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Presentatie Extaze 6

Op 10 juni 2013 is het honderdvijftig jaar geleden dat Louis Couperus in Den Haag werd geboren. Een blad dat is vernoemd naar een van zijn (korte) romans mag dit jubileum niet aan zich voorbij laten gaan. Extaze 6 zal dan ook goeddeels in het teken staan van het leven en werk van Couperus en de presentatie daarvan in Pulchri sluit daarbij aan. Met optredens van Jankobus Seunenga met op muziek gezette gedichten van Couperus, column van Jan Paul Bresser, John Sillevis over de dandy Couperus, scènes uit een toneelbewerking van de Branoul productie Extaze

Gepost in Events, Geen categorie | Plaats een reactie

Julius Pasgeld presenteert ´Een boekje open over Marnix Norder´

Julius Pasgeld presenteert op 4 april het boek ‘Een boekje open over Marnix Norder’ Het eerste exemplaar wordt uitgereikt aan de fractievoorzitter van de Haagse Stadspartij Joris Wijsmuller.
In ‘Een boekje open over Marnix Norder’ staan alle columns die Julius Pasgeld in de afgelopen zes jaar over de Haagse wethouder van ‘haast, herrie en hoogbouw’ Marnix Norder, onder andere in het Haags Nieuwsblad, schreef.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Mira Feticu bij Paagman

Donderdagavond 18 april presenteert Mira Feticu om 19:00 uur haar nieuwe boek De ziekte van Kortjakje.
De ziekte van Kortjakje. Een jonge vrouw vervreemdt van haar echtgenoot. Ze droomt van de liefde, van hun lichamen tegen elkaar. Ze wil een kind met hem. Maar haar man wil geen kinderen, zelfs haar wil hij niet meer. ‘Soms denk ik dat de liefde is achtergebleven in Boekarest, dat ik haar als een verdwaald stuk bagage op de lopende band van het vliegveld heb laten liggen.’ Als ze een oudere man ontmoet die haar belangstelling voor de literatuur en de filosofie deelt, ontstaat er een bijzondere, erotische verhouding.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Onthulling Muurgedicht Hans Andreus

De Stichting ArchipelpoëZie realiseert met het gedicht ´Je bent zo anders dan ik´ van Hans Andreus het tweede muurgedicht in de Archipelbuurt. Het door Gerard Daniels vormgegeven gedicht wordt op 13 april feestelijk onthuld.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Column van J.M.A. Franse

Een Hagenaar in Umbria, door J.M.A. Franse

Je ziet dit jaar veel Nederlanders in Umbria. Je komt ze tegen van Assisi tot Orvieto, van Perugia tot het Trasimeense meer. Typische massatoeristen zijn het niet. Ook geen nouveau riches of yups die in veel te grote auto’s Toscane onveilig maken. Bedevaartgangers zijn het evenmin. De meesten gedragen zich rustig en zijn onder de indruk van het mysterieuze en spirituele dat dit gewest kenmerkt. Umbria is immers een streek van van legeraanvoerders en heiligen, het is het land van  Fransiscus en Clara uit Assisi, Benedictus en Scholastica uit Norcia en Rita uit Cascia. Maar hoe onopvallend en belangstellend ook, de Nederlanders die hier vertoeven verraden hun afkomst niet.
Twintig jaar geleden, toen wij ons min of meer permanent in Umbria vestigden, was dat anders. Slechts zelden ontmoette je een Nederlander. Dan waren het universiteitsprofessoren, kunstenaars en welvarende gepensioneerden. De schrijfster en musicologe Helène Nolthenius was een van hen, zij kwam vaak op de berg waar ik woonde. Catharina Ypès, schrijfster van Petrarca in de Nederlandse letterkunde, haar promotie-onderwerp, verbleef in de buurt van Todi. Deze Umbria-gangers hielden van Italië, van de mensen, van de cultuur, van de rust en vooral van de spiritualiteit van dit gewest.1
Dat ‘onze eigen’ Louis Couperus ooit Umbria bezocht, had een heel andere reden. Hij kwam hier voor één specifiek kunstwerk, waarover hij bladzijden lang schreef. En misschien had dit kunstwerk meer met Rome te maken dan met Umbria, maar was het hier toevallig.

Couperus hield van het licht: ‘Ik was negen jaar toen ik naar Indië ging. Ik vond het heerlijk dat de zon er scheen. De zon, o dat was iets oneigenlijks, iets verborgens in Holland, ook al scheen des zomers de zon.’2
Terug in Den Haag miste hij dat bijzondere licht: ‘Ik vond het in Holland verschrikkelijk.’3
Twee maal ging de auteur terug naar Indië, het land waar hij een aantal van zijn jeugdjaren doorbracht, maar blijkbaar kon het hemels licht van de Gordel van Smaragd hem minder bekoren dan het licht van Italië: ‘Nu ik Italië liefheb, weet ik, dat hoewel Indië mij om de zon verrukte.… ik in Indië miste het Latijnse zuiden…. Er was niet de herinnering aan tempels en goden, aan paleizen en met sepulkers afgezette eindeloze wegen, aan arena’s, optochten en plechtigheden.’4
Couperus beleefde Italie als een Italianiserend schilder in dat schitterende licht en met dat fascinerende decor van vroeger. Hij gelooft zelfs dat hij een gelukkiger jeugd zou hebben gehad als hij in Italie was opgegroeid. Wanneer hij in 1911 vanuit Athene terugkeert naar Italië, zijn tweede vaderland, kan hij zijn geluk niet op. In zijn “Brief uit Florence”jubelt hij: ‘Als men rechtstreeks uit Athene komt, is het dan geen genot en geluk in Italië te zijn en zich te laten bederven door al de charme der Italiaanse gentilezza? Te gaan naar Italie is een délice, er te zijn ook, maar er terug te keren is misschien het hoogste genot.’5

Couperus was niet de enige schrijver en schilder die zich door de mengeling van landschap, licht en klassiek verleden voelde aangetrokken tot Italië. Goethe maakte een ‘Italienische Reise’ in 1787 en bezocht Perugia, Assisi en Spoleto. Zijn interesse gold uitsluitend de klassieke overblijfselen. In Assisi aangekomen, deed hij de ontluikende renaissance van Giotto en de Umbrische gothiek af als ‘een toren van Babel’. De schoonheid van de Minervatempel zag hij daarentegen wel. Ook Keats, Shelley en Lord  Byron schreven over de klassieke helderheid.
Louis Couperus voegt zich moeiteloos in dit rijtje der zeer groten, maar overtreft hen door zijn verbeeldingskracht. Hij moet de taal van het land hebben gesproken. Dat blijkt uit het feit dat hij polemieken aanging over de Italiaanse cultuurpolitiek. Hij ontmoette de futuristen in Florence maar schaarde zich niet achter hun ideeën. De klassieke oudheid was hem liever. De decors van zijn literaire werken zijn met grote exactheid beschreven. Hierin is hij concreter en gedocumenteerder dan Arthur van Schendel, die ook in Italië woonde en over dat land schreef, stijlvoller en opmerkzamer dan Godfried Bomans in zijn reisverslagen en diepzinniger dan P.C.Hooft in zijn ‘Italiaanse’ pastoralen en sonnetten.

Orvieto is nu een welvarend stadje, gelegen op een hoog op een plateau van tufsteen, dat door een kabeltreintje verbonden is met het beneden gelegen station. Welvaart heerste er ook in de Middeleeuwen, toen het stadje uitgroeide tot een drukbezocht pelgrimsoord.  Er was hier ooit een bloedwonder gebeurd: tijdens de consecratie veranderde de miswijn in bloed. Dat wonder wordt nog steeds gevierd op sacramentsdag en met de bouw van de mega-kathedraal betoonde het stadje zijn dankbaarheid voor het teken van God.
Ik wandel graag door dit levendige stadje vanwege het stedenschoon, waarvan de prachtige houtwinkels van de familie Michelangeli mij het meeste bekoren. En natuurlijk vanwege de fameuze witte wijn, de Orvieto Classico, die de droge keel verkwikt. Couperus liet zelfs zijn geliefde ‘Heidsieck Sekt’ staan voor de ‘Gouden wijn uit Orvieto’.6
Ik vind de Dom van Orvieto de mooiste kerk van Italie door zijn prachtige gedecoreerde buitengevel met de mozaieken, de reliëfs naast de deuren en het beeldhouwwerk van de moderne beeldhouwer Greco, maar ook door de magistrale binnenruimte met het glas-in-lood boven het altaar, het roset in de voorgevel en de albasten vensters, die een zacht gelig licht doorlaten. En natuurlijk vanwege de kapel van San Brizio die zijn schoonheid vooral ontleent aan het werk van twee kunstenaars die op bijzondere wijze vorm gaven aan het laatste oordeel. Fra Angelico schilderde een bijna lieflijke, middeleeuwse hemel, waaronder Luca Signorelli de komst van de antichrist en de opstanding van de doden voor het laatste oordeel weergaf. Het is een van de meest indrukwekkende Renaissanceschilderingen. Michelangelo kwam het werkstuk verschillende malen bezichtigen voordat hij met de Sixtijnse kapel begon. Eigenlijk kwam Couperus alleen naar Orvieto om dat grootse meesterwerk te bekijken en erover te schrijven.

Toen Louis Couperus het stadje bezocht, zag het er anders uit dan in de dagen van Michelangelo. Hij nam een sfeer van verwaarlozing en armoede waar en beschreef die. Misschien was Couperus wat depressief in die periode. Het was winter, een Umbrische winter, even na Kerstmis, dus koud, zoals altijd wanneer de Tramontane, de noordenwind, de vingers verkilt en verstijft. Vanuit het weelderige Florence was hij in het kleine, vervallen Orvieto aangekomen. Hij reisde met de trein en kwam zodoende onder de oude stad aan. Hoe hij boven kwam vertelt hij niet. Misschien nam hij wel het kabelbaantje dat naast de put van San Patrizio aankwam. Het behoort tot de mogelijkheden, want die kabelbaan bestond toen al een kleine dertig jaar. Of misschien nam hij een ‘taxiauto’.
Couperus neemt zijn intrek in L’Albergo Belle Arti, een oud hotel dat hij kwalificeert als een goed onderkomen waar handelsreizigers zich, mede door de goede keuken, door aangetrokken voelen. Maar hij vergist zich enigszins in de betekenis van het hotel. Het was meer dan een hotel voor commis-voyageurs. Het was het meest prestigieuze en meest bezochte hotel van de stad, toen een tussenstation tussen Rome en Florence. Naast de Nederlandse schilder Abraham Teerlink, geboren in Dordrecht en overleden in Rome in 1817, bezocht ook Sigmund Freud dit hotel. Hij verbleef er er twee keer, in 1897 en in 1902. Freud noemde het hotel ‘Casa Signorelli’: een herenlogement.7

Couperus kwam alleen naar Orvieto voor het meesterwerk van Signorelli. Zijn uiterst minutieuze beschouwingen over het laatste oordeel beslaan zeven van de elf hoofdstukken van dit reisverslag. De passages waarin hij ingaat op de vormentaal en het coloriet van het kunstwerk zijn zeker de moeite waard, maar een journalist was hij niet echt en een kunsthistoricus al helemaal niet. De schoonheid van het stadje blijft daardoor deels voor hem verborgen.
Misschien inspireerde het winterse weer hem om over Orvieto te schrijven zoals hij deed: in bijna deprimerende bewoordingen.
‘Waarom rijst die prachtige Dom zoo op in de koude lucht?’8
Hij noemt de nauwe straten ‘somber’, ze zijn ‘bijna verlaten’. ‘De koude bergsche wind’ blaast over ‘het hoge, vervallen stadje’. De huizen ‘zijn breede, vervallen paleizen, in ruïne en onbewoond’ en om de straatjes ‘wasemt een weemakende lucht van vuil water en slechte riolen’.9
Als hij naar de oude Dom, de San Giuvenale loopt, ziet hij ‘een oude, vuile straat van antieke huizen’.10 Binnen in de Dom zijn de mooie fresco’s van Guilelmus de Grua ‘geheel overkalkt zijn geworden in de zeventiende eeuw’.11 Daarover maakt Couperus zich oprecht kwaad: ‘Het was de tijd, dat men gewitte muren met zware, smaakloze baroque-ornamentatie van verguld houten gloriën en zwaar marmeren apotheoze’s in welke flapperzwierige, gedrapeerde figuren, mooier vond dan innige, prinmitieve fresco’s: de vreselijke tijd die wij niet meer begrijpen kunnen’.12
Als Couperus dezelfde wandeling zou maken in onze tijd zou hij zijn ogen uitkijken. De vuile straten zijn opgeknapt en worden als ‘Middeleeuwse wijk’ aangeprezen, er flaneren elegante vrouwen en de fresco’s in de San Giuvenale zijn prachtig gerestaureerd. Nog onlangs ben ik in de kleine tufstenen kerk geweest en heb daar de fresco’s samen met de pastoor bekeken. Toen ik hem over de ‘witgekalkte schande’ vertelde, moest hij lachen. De kerk was witgekalkt, zei hij vanwege de pestlijders. Men wilde zo de kerk ontsmetten.

We keren terug naar Couperus’ beschrijving van de stad, naar zijn wandeling door de slaperige stad. ‘Buiten speelt de koude wind met de sneeuwvlokken. Duisternis, koude en vunze stank vullen de nauwe straten, waar de ruïne-ramen der vervallen paleizen gapen. Er is niets anders te doen dan ons hôtel op te zoeken’.13
We lopen met hem mee en vragen ons af wat hij die avond gegeten zal hebben. Misschien wel iets van de recepten van i virtuosissimi culinari dell’insuperabile chef Ferretti, de virtuoze chef-kok van het hotel.14 Misschien wel, vanwege het Hollandse smaakje eraan, nois de veau a la jardinière, sauce Hollandaise, quenelles d’Orléans, patisserie, een zeer geliefd recept in die tijd.
De dag erop vertrekt Couperus weer. Hij wandelt tot buiten de stad en ziet hoe schitterend Orvieto op zijn plateau gelegen is. Ook ziet hij een pas opgegraven Etruskische begraafplaats. Maar ‘onder onze voeten kraakt de rijp’ schrijft hij 15. Nog eenmaal wil hij de kapel van Signorelli zien, maar dan houdt hij zijn tijdelijke verblijfplaatsgraag voor gezien. Voor hem is  Orvieto ‘de stad van de prachtige Verschrikkingen en van den gouden wijn’.16

Noten:
1 Helene Nolthenius (1920–2000), musicologe, gepromoveerd op De oudste melodiek van Italië: de muziek uit het duecento, woonde in Caprilla in Toscane.
Zie over haar: Etty Mulder, Rede en vervoering, Helene Nolthenius 1920-2000, Nijmegen 2009 (Vantilt).
Catharina(Katrien) Ypes (1903–1973): lerares Frans aan Stedelijk Gymnasium in Arnhem, groot Italie-reizigster: men zei van haar dat ze alle steden van Italië had bezocht.
2–4 De zwaluwen neergestreken/Toen ik een kleine jongen was
In: Redactie Karel Reijnders e.a, Volledige werken (VW) van Louis Couperus, Amsterdam-Antwerpen 1994, deel 31, pagina’s 48 en 50
5 Reisimpressies/Brief uit Florence, VW deel 8, pag.68
6  Louis Couperus, Orvieto
In: Uit blanke steden onder blauwe lucht, Amsterdam 1912-1913 (L.J. Veen). Eerst gepubliceerd in Groot Nederland, 1912
Herdrukt in 1987 door L.J. Veen (Utrecht/Arnhem) als Uit blanke steden onder blauwe lucht/Pisa, Siena, Orvieto, ingeleid en geannoteerd door Marijke Eggert.
7 Met dank aan stadshistoricus Orvieto Alberto Satolli die mij behulpzaam was de plaats waar ooit het hotel was te localiseren en daarbij uitvoerige informatie verstrekte
8 Orvieto, pag. 63
9-12 Orvieto  pag. 85
13 Orvieto, pag. 86
14 met dank aan Alberto Satolli die mij een oud menu toonde.
15 Orvieto, pag. 87
16 Over de ‘Gouden wijn’: Uit blanke steden onder blauwe lucht/Pisa, Siena, Orvieto, redactie Marijke Eggert, pag.61 en 87.

Tussen 1911 en 1912 schreef Couperus veel opstellen en reisbeschrijvingen. Ze werden gepubliceerd in het dagblad Het Vaderland en het tijdschrift Groot Nederland, dat in de oorlog aan de SS ten prooi viel en na de oorlog niet meer verscheen.
Het opstel over Orvieto verscheen in Groot Nederland.
Later werd een aantal korte stukken van Couperus gebundeld in het boek met de fraaie titel Uit blanke steden onder blauwe lucht.
In 1987 gaf uitgeverij Veen een aantal van deze opstellen uit in kleine handzame boekjes, die niet zo goed geannoteerd waren.
De schrijver gebruikte voor dit artikel het boek Pisa, Siena, Orvieto.

Foto’s: Anka Blommesteijn

Gepost in Columns, Geen categorie | Getagged , , , , | Plaats een reactie

Soms, John Sillevis

Oskar Lens

S O M S

Soms denk ik wel eens…
waarom spring ik niet
in het Verversingskanaal
maar dan zie ik de kleuren
van Oskar, de wilde kleuren
van Oskar, en dan denk ik:
Ach.

De kleuren van Oskar zijn die
van een kwaaie haiku
figuren ontmoeten elkaar,
maar kleuren botsen
stillevens spatten uiteen
bloemen springen de vaas uit
en vogels zuipen.

Potten doen wat potten
moeten doen: schenken
continenten verschuiven, en
landkaarten worden beschreven
vlakten gaan ten onder aan
dreigende golven, maar
het avondland gaat niet teloor.

De kleuren van Oskar
verbleken niet, en ook de vorm
blijft hecht. De vorm is
als een cloisonné, stevig als
een smeedwerk. De contour
houdt de kleur vast
in een forse omhelzing.

Oskar’s kleuren zijn als de rauwe stem
van Zarah Leander
‘Kann denn Farbe Sünde sein?’
Natuurlijk. levenslust blijft niet onbestraft.
Soms denk ik wel eens:
waar is ook weer het Verversingskanaal?
Maar het verversingskanaal is vol.
Mannen zijn niet meer wat ze waren
vrouwen zijn eeuwig.
Het feest zit in de kleur.
En dan denk ik: soms.

(Bij de opening van de tentoonstelling van Oskar Lens in de tuingalerie van Pulchri Studio, 26 januari 2013)

John Sillevis

Gepost in Poëzie | Getagged , , , , | Plaats een reactie

Couperus voorleesmiddag in Couperusmuseum

In het kader van Couperus 150 jaar en nationaal voorleesjaar organiseert het Louis Couperus Museum een Couperus voorleesmiddag. Jacqueline van Nes leest een passage uit ‘nippon’ U wordt ontvangen met een kopje thee of koffie en een Couperuskoekje Graag uw komst aanmelden via: louiscouperusmuseum@hotmail.com voorlees- en thee/koffiebijdrage: € 4,- Aansluitend bestaat de mogelijkheid om bij onze nieuwe buren Indisch restaurant Blauw
een Couperusmenu € 17,50 te bestellen Dit menu is te bestellen tussen 17:00 en 18:00 op zondag na een bezoek
aan het museum.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Border Kitchen: Juli Zeh

Op woensdag 1 mei komt de Duitse auteur Juli Zeh bij de literaire salon van BorderKitchen vertellen over haar nieuwe roman Nultijd. Ze wordt – in het Engels – geïnterviewd door journalist Arjan Peters. Juli Zeh groeide in nog geen tien jaar uit van een veelbelovende jonge auteur tot een gevestigde literaire naam in Duitsland. Ook in Nederland werden haar romans Adelaars en engelen (2001), Speeldrift (2008), Vrije val (2008) en Corpus Delicti (2009) erg goed ontvangen. Bij BorderKitchen komt ze op 1 mei haar nieuwe en tot nu toe meest toegankelijke roman voorstellen: Nultijd.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

“Verlangen naar vrijheid” Haagse kunstkring

De jaarlijkse meiherdenking in de Haagse Kunstkring heeft uiteraard een artistieke toets. Een zorgvuldig samengesteld programma met muziek en literaire voordracht. “Verlangen naar vrijheid”
Teksten over vrijheid en onderdrukking door Yvonne Keuls, Anita Poolman en Tatiana Radier met muzikale begeleiding van Noa Eyl (viool).

Iedereen is welkom

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Poëzie middag Haagse Kunstkring Zeeland-Den Haag

Zeeuwse en Haagse dichters dragen voor uit eigen werk. De drie Zeeuwse dichters zijn Jorien Brugmans, Tijs van Bragt en Hans Dingemanse; de drie Haagse dichters, leden van de Haagse Kunstkring, zijn Anne Borsboom, Mariet Lems en Gerrit Vennema.
Het geheel wordt opgeluisterd door een muzikaal intermezzo en in de pauze is er een hapje en drankje. In de galerie kunt u dan tevens de tentoonstelling bekijken van het werk van de leden van de Zeeuwse Kunstkring.

Zaterdag 27 april 16.30 uur
Zeeuwse en Haagse dichters dragen voor uit eigen werk. De drie Zeeuwse dichters zijn Jorien Brugmans, Tijs van Bragt en Hans Dingemanse; de drie Haagse dichters, leden van de Haagse Kunstkring, zijn Anne Borsboom, Mariet Lems en Gerrit Vennema.
Het geheel wordt opgeluisterd door een muzikaal intermezzo en in de pauze is er een hapje en drankje. In de galerie kunt u dan tevens de tentoonstelling bekijken van het werk van de leden van de Zeeuwse Kunstkring.
Toegang vrij

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Pieter Maessen presenteert De Poldermetropool

Woensdag 3 april presenteert Pieter Maessen om 19:00 uur zijn boek De poldermetropool. Burgemeester Jozias van Aartsen neemt het eerste ‘Haagse’ exemplaar in ontvangst van het eerste publieksboek over metropoolvorming in Nederland. Van Aartsen werkt samen met zijn Rotterdamse collega Aboutaleb aan de oprichting van de ‘Metropoolregio Rotterdam Den Haag’.

Gepost in Events, Geen categorie | Plaats een reactie

Gillian King bij Paagman

Donderdag 11 april presenteert Gillian King haar nieuwe boek 60 dagen om 19:00 uur. Aansluitend signeert zij.

Gepost in Events, Geen categorie | Plaats een reactie

Tuvit Shlomi in de Haagse kunstkring

Op zondag 7 april is bij de Haagse Kunstkring de jonge dichteres Tuvit Shlomi (1980) te gast. Zij zal vertellen over haar eerste dichtbundel Avond Malen, die dit jaar bij uitgeverij Prometheus/Bert Bakker verscheen. Dit gebeurt tijdens een letterenborrel die om 17.00 uur begint. In 2009 ontving ze de prestigieuze El Hizjra Literatuurprijs onder de naam
Wallada bint al-Mustaqfi. Avond Malen is aan Wallada en nog twee sterke vrouwen opgedragen.
Op zondag 7 april is bij de Haagse Kunstkring de jonge dichteres TuvitShlomi (1980) te gast. Zij zal vertellen over haar eerste dichtbundel Avond Malen, die dit jaar bij uitgeverij Prometheus/Bert Bakker verscheen. Dit gebeurt tijdens een letterenborrel die om 17.00 uur begint. In 2009 ontving ze de prestigieuze El Hizjra Literatuurprijs onder de naam Wallada bint al-Mustaqfi. Avond Malen is aan Wallada en nog twee sterke vrouwen opgedragen.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Literaire brunch over Carry van Bruggen en Jacob Israël de Haan

Een brunch rond de rebelse filosofische schrijfster Carry van Bruggen en haar broer Jacob Israël de Haan die met zijn roman Pijpelijntjes homoseksualiteit onverhuld in de Nederlandse literatuur introduceerde.
Met lezingen van Jan Fontein, Mieke Lelyveld, Rob Scholten en Mark Drost.

Gepost in Events, Geen categorie | Getagged | Plaats een reactie

Kees Ruys over Aya Zikken

Vrijdagmiddag 22 maart wordt bij Boekhandel Van Stockum in Den Haag het boek Alles is voor even – Het bewogen schrijversleven van Aya Zikken van Kees Ruys gepresenteerd.
Lees meer

Gepost in Events | Plaats een reactie

Extra boekenweekeditie Literatuur Late night

In een extra (Boekenweek)editie van Literatuur Late Night op 18 maart, interviewt Oscar Kocken
Renate Dorrestein over haar nieuwste boek Blokkade. Daarin doet ze verslag van haar eigen writer’s block en geeft lezers een fascinerend kijkje onder demotorkap van haar leven en haar schrijverschap, net op het moment dat de motor hapert. Verder spreekt hij met Christiaan Weijts over zijn laatste boek Euforie. Het is het verhaal van een architect die meedingt naar de opdracht een monument te verwezenlijken voor de gevallenen bij een terroristische aanslag in Den Haag.
Muziek is er van Reena Riot Na twee jaar leadzang bij verschillende coverbands slaat Naomi Sijmons in 2007 een andere weg in. Ze komt in aanraking met genres als noise, drone en minimal, gaat eigen liedjes schrijven en besluit solo als ‘Reena Riot’, te gaan optreden.

Gepost in Events, Geen categorie | Plaats een reactie