Juist voordat ik ’s morgens, nadat ik mijn fiets heb gestald, mijn werkplek bereik, kom ik altijd op hetzelfde punt een snel lopende, strak voor zich uit kijkende jonge vrouw tegen. Waar komt ze vandaan? Waar gaat ze heen? Hoe kan het dat we elkaar iedere dag op hetzelfde punt treffen, terwijl we waarschijnlijk van zo verschillende plaatsen afkomen, en zulke verschillende routinematige dingen doen om hier te arriveren? Wanneer is dit eigenlijk begonnen? Ik werk hier al jaren, maar deze vrouw is misschien op enig moment van werk veranderd, waardoor ik haar nu tegenkom. Hoe lang zal dit nog duren?
Ik moet denken aan de jonge vrouw die ik, fietsend naar mijn werk, een tijd lang dagelijks op de Scheveningseweg in Den Haag tegemoet kwam. Ze liep kordaat voort terwijl ze een boek las. Wat kon haar bekoren, een doktersroman of Vestdijk? De Scheveningseweg is best lang, de meeste mensen zouden de fiets of zelfs de auto pakken. Maar dan is tegelijkertijd een boek lezen wel een stuk lastiger.
En dan, in een latere periode, was er de jonge, zeer slanke vrouw die, altijd in het zwart gekleed, ditzelfde traject van de Scheveningseweg afliep. Als ik vroeg was, trof ik haar nog op het verlengde van de Scheveningseweg. Ze kwam dus helemaal uit het centrum lopen. Was ze zo gek op wandelen of was hier een andere reden voor?
De vrouwen van de Scheveningseweg keken me nooit aan, wat van de lezende vrouw wel begrijpelijk is. Waar zijn de vrouwen gebleven? Ze zullen wel, net als ik, op weg naar het werk zijn geweest. Beviel het werk hun niet meer? Zijn ze overgeplaatst?
Van de jongen en het meisje in de puberleeftijd, die ik een zekere periode met fietsen aan de hand halverwege dezelfde Scheveningseweg aan de kant zag staan, kan ik me voorstellen dat dit maar een tijdje zou duren. Ze zoenden altijd innig en namen dan van elkaar afscheid. Kennelijk zaten ze op verschillende scholen. Niet dat ik denk dat hun prille liefde een kort leven was beschoren, maar op die leeftijd gaat alles snel en verandert er veel. Je komt op school en je gaat er wat later weer af. De tijdelijkheid ervan zit ingebakken. Als je gaat werken ligt dat anders.
En ik? Ik fiets al jaren dezelfde route naar mijn werk, en kijk naar de dingen die komen en gaan. De dag dat ik mijn laatste tochtje naar het werk zal maken nadert. Zal er iemand zijn die dit opmerkt?
Michiel Hanon