J.M.J. Sicking 1 maart 1936 – 18 september 2018
Op 18 september 2018 is Jacques Sicking op tweeëntachtigjarige leeftijd overleden. Hij was als letterkundige aan de universiteit van Groningen verbonden en doceerde daar de literatuurgeschiedenis van de negentiende en twintigste eeuw. Na zijn pensionering in 1999 verhuisde hij terug naar Den Haag waar hij was opgegroeid.
Hij maakte indruk met zijn dissertatie over Carry van Bruggen, en hij zette zijn vakkennis in voor publicaties over literair-historische onderwerpen, waarbij hij een breed terrein bestreek. Hij droeg ook een lange periode bij aan het ‘Lexicon van literaire werken’. Daarnaast verzorgde hij in samenwerking met anderen twee boeken over de Eerste Wereldoorlog. Doordat hij een flinke afkeer had van gewichtigdoenerij, praktiseerde hij een bescheidenheid waarmee hij zijn veelzijdigheid zoveel mogelijk aan de schijnwerpers onttrok.
Jacques toonde een aanstekelijke gedrevenheid bij het overbrengen van zijn inzichten, die hij ook ver na zijn pensionering deelde met wie hij maar tegenover zich had. Hij volgde nieuwe schrijvers, prees ze aan bij anderen en droeg daarbij de overtuiging uit dat het niet aanging klakkeloos te oordelen over een boek. Een lezer hoorde zich naar zijn mening in te spannen om de bedoeling van een schrijver te doorgronden zonder al te gemakzuchtig commentaar.
Al zette hij met veel ernst zijn vakmanschap in op veel terreinen, dat hij ook een heel speelse geest had ondervonden zijn vrienden soms wanneer hij zich bij de opening van een telefoongesprek voordeed als een andere persoon. Daarbij kon hij uitgebreid variëren op de namen van degenen die hij kende, of hij sprak goede bekenden plechtig aan met ‘meneer’ of ‘mevrouw’.
In 2016 droeg hij bij aan ‘Extaze’ met een essay over Carry van Bruggen. Van het begin af aan heeft hij een abonnement op het tijdschrift gehad. Ook veel andere instellingen en organisaties konden rekenen op zijn loyaliteit.
In het laatste half jaar van zijn leven vertelde hij soms dat hij wat ‘lui’ was geworden. Het zou ongepast geweest zijn om hem bij zo’n gelegenheid al in een terugblik te drijven. Maar dat hij kon terugkijken op een zeer productief leven waarbij hij gul is geweest met zijn kennis en zijn betrokkenheid, mag nu wel voluit worden gezegd.
Christien Kok