Een nieuw nummer, een nieuw thema: ‘Onbereikbaar’

‘Onbereikbaar’… het leek ons een mooi, maar moeilijk thema voor een Extaze-nummer, maar niet alleen de vijf essays in Extaze 23 bewezen dat er veel uit het thema te halen valt, ook een aantal verhalen en gedichten bleek er zodanig door geïnspireerd, dat de aansluiting met de essays voorbeeldig was.
Wij wilden graag één ‘onbereikbaar’-verhaal als ‘smaakmaker’ op de website plaatsen. Hein van der Hoeven, wiens literaire werk de vaste Extaze-lezers genoegzaam bekend is, heeft zijn verhaal Mijnenveld voor dit doel ter beschikking gesteld.
Iets van het ‘onbereikbare’ nu dus al bereikbaar.

cover Extaze 23B E S T E L L E N

ESSAYS
Onbereikbaar voor Mira Feticu is een verzoening met haar pijnlijke verleden in
Roemenië, die afgekapte staart van de hagedis die alsmaar regenereert als deel van
het lichaam. Matthijs de Ridder maakt in zijn essay over Paul van Ostaijen aannemelijk dat de dichter op het onbereikbare stuitte bij het schrijven van de autobiografische
roman Het landhuis in het dorp. Het viel hem moeilijk zijn concrete en abstracte idealen in al hun grootheid te formuleren. Anton Simons weet vanuit zijn ervaring als docent dat onbereikbaarheid tot de essentie van het onderwijs behoort. De leraren reiken naar de leerlingen zonder hen werkelijk (figuurlijk) te kunnen bereiken. De docent is een professional en moet alles wat er gebeurt gecontroleerd inzetten ten bate van de onderwijsdoelen. Kees Ruys leest in de brieven van Frits van den Bosch aan Aya Zikken zowel een groot verlangen van Van den Bosch naar een relatie met Zikken als zijn aanvaarding van de onbereikbaarheid daarvan: ‘Het was, tussen de buien door, soms heerlijk om te willen leven, om naar iemand te verlangen, om gelukkig te zijn.’ Henk van der Waal ontvouwt in het essay Het onbereikbare even aantikken (Gout/Van der Waal) de mystieke grond van ons bestaan en laat zien dat vrijheid en liefde de weg kunnen wijzen naar aardse wijsheid en goddeloze koestering. Over technologie zegt hij dat het goed is dat die ons dient, maar dat we moeten waken voor de omkering daarvan. Zijn terughoudendheid in dit opzicht sluit aan bij de waarde die Hans Schnitzler toekent aan
‘het periodiek digitaal onthouden’, een praktijk die het concentratievermogen van
mensen verhoogt, ruimte creëert voor reflectie en de zintuigen aanscherpt.

KORTE VERHALEN
Elise de Groot
Mark de Haan
Arjen van Meijgaard
Ishana Sayag
Marijke Scholten
Rob Verschuren
Bert Vissers
Henriette van Wermeskerken
Jan Zwaaneveld

GEDICHTEN
Hester van Beers
Ruerd Smaling
Bert Vissers
Margriet Westervaarder

BEELD
Elisa Pesapane

Dit bericht is geplaatst in Geen categorie, Home en getagd, , , , , , , , , , , , , , , , , , , . Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.