De andere Aagje en Betje
Betje Wolff en Aagje Deken, maar wat schreven ze? Romans, veel brieven ook. Het tijdschrift Extaze heeft een opmerkelijk nummer uitgebracht over Nederlandse schrijvende vrouwen aller tijden. Van Hadewijch tot Carry van Bruggen, van Annie Schmidt tot Aya Zikken.
Uit een brief van Elisabeth Wolff. In 1785 schreef de dan 46-jarige Betje aan een jonge Friezin, een fan die haar raad vroeg inzake trouwen; ‘Ik ben te veel een vriendin van de fraaie natuur om niet sterk voor het huwelijk te pleiten – niet voor mijzelf, dat bleek; 8 jaar weduwe nooit meer van datte mijn kind; maar jonge gezonde mensen moeten trouwen als er een basis is voor en gelukkig leven..’
Wolff en Deken en seks? Er was in hun tijd geen andere decente weg dan langs het huwelijk. Maar toch. Marleen de Vries legt het bondig uit: ‘Al even libido verlagend zijn enkele gravures waarop de auteurs oud, tandeloos en met kanten huismutsen zijn afgebeeld. Dat de eerste seksuele revolutie plaatsvond in de achttiende eeuw, en dat die eeuw in essentie libertijns was wordt licht vergeten.’
Saartje Burgerhart, de heldin van hun bestseller maakt een ‘misstap’ die lijkt op wat Elizabeth zelf op haar zeventiende overkwam. Ze neemt de benen met een minnaar: ‘Ik zou niets God ter wereld gedaan hebben dan mijn lieve jongen beminnen en nacht & dag mijn hersenen hebben gebroken, om toch zijn hele hart te behouden, want ik zou er geen klein stipje van hebben kunnen missen, al was het nog zo groot als een speldenknop.’ Maar de volgende dag keert ze alweer naar huis terug. ‘Gebroken.’
Van Annie M.G. is er de regel die een generatie vormde: ‘Ik ben lekker stout’ (1954). Zonder Annie geen Provo, denk ik dan. De bibliothecaresse die Nederland omkeerde. Toepasselijke tekeningen van Wendela de Vries door het nummer heen!