Voor de liefhebbers en beoefenaars van het korte verhaal organiseert de Culturele Raad Tegelen sinds 1989 een literaire prijsvraag. Tot 2002 maakte hij deel uit van de Noordlimburgse Boekenmanifestatie en heette Lenteprijs voor Literatuur. Vanaf 2004 maakte hij deel uit van de Manifestatie ‘Steyl Cultureel’ en heette Nieuw Proza Prijs. In 2004 en 2005 is de prijs toegekend met steun van het Nederlandse Produktie en Vertalingenfonds. Sinds 2008 staat hij op zichzelf en heet Nieuw Proza Prijs Venlo.
De prijs, die dit jaar voor de 23e keer wordt toegekend, is in het leven geroepen om het werk van een beginnend schrijver onder de aandacht te brengen en te honoreren. De winnaars kregen deze prijs als debutant, omdat ze in het jaar dat voorafging aan de toekenning ervan, in een literair tijdschrift in Nederland of Vlaanderen een opmerkelijk kort verhaal hadden gepubliceerd. Anders dan het literair-historische tijdschrift Zacht Lawijd in 2013 suggereerde met een bijzondere aflevering getiteld ‘Kerkhof van verdwenen tijdschriften’ is er ook in 2014 nog altijd sprake van literaire tijdschriften als een kraamkliniek voor talenten. De jury kon putten uit meer dan genoeg tijdschriften in Nederland en Vlaanderen, langer bestaande zoals Deus ex Machina en korter bestaande zoals Extaze, enkele digitale zoals Passionate en kameleon-achtige herverschijningen in de vorm van bij voorbeeld halfjaarboek zoals De Revisor of als bijlage bij dag- of weekblad zoals De Gids bij De Groene Amsterdammer. De hooggeleerde kreet van een hoogleraar in 1994, dat binnen twintig jaar de literaire tijdschriften zouden zijn verdwenen en nog hooguit zouden verschijnen per fax of per computer, blijkt allesbehalve profetisch te zijn geweest.
Dit jaar bestond de jury uit Prof. Dr. Elsbeth Etty, literair recensente van NRC Handelsblad en hoogleraar literaire kritiek aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, Prof. Dr. Joris Gerits, criticus en emeritus hoogleraar Nederlandse Moderne Letterkunde en Taalvaardigheid aan de Universiteit van Antwerpen en Dr. Siem Bakker, oud-docent Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en in deze functie betrokken bij het onderzoek van literaire tijdschriften.
De jury is gevraagd een keuze te maken uit 68 verhalen, die alle gepubliceerd zijn in 2013 en afkomstig zijn uit 16 literaire tijdschriften.
Na een eerste uitgebreide verkenning bleven er vier verhalen over ter verdere beoordeling. Annette van ’t Hull, ‘Beste reiziger’ in het tijdschrift Extaze. Jente Posthuma, ‘Zondag’ in De Revisor, Liorah Hoek, ‘Weg’, in Deus ex Machina en Yannick Gheysens, ‘Brief aan S.’, eveneens in Deus ex Machina.. Thematiek, verteltechniek, stijl, spanning, sfeer, compositie en oorspronkelijkheid werden uitvoerig besproken.
‘Brief aan S.’ van Yannick Gheysens is een fijnzinnig verhaal in de vorm van een brief aan een oud-studiegenoot die een herseninfarct heeft gehad. Opvallend is hier vooral de filosofische inslag,
In het verhaal ‘Zondag’ vertelt Jente Posthuma in een kernachtig nuchtere stijl hoe een jong meisje, dat haar bewonderde moeder heeft verloren, de zondag doorbrengt in het saaie gezelschap van
haar vader, die psychiater is, krakende cruesli eet en naar autoraces kijkt op tv. Liorah Hoek schreef met ‘Weg’ een suggestief en beklemmend verhaal over een plotseling van het strand verdwenen kind. Wat is er met dit kind gebeurd en in welke realiteit is de moeder verdwaald geraakt? Een verhaal dat vragen oproept, is vaak een goed verhaal. Dit geldt zeker ook voor het spannende verhaal ‘Beste reiziger’ van Annette van ’t Hull, dat op intrigerende wijze in het hoofd van de lezer doorgaat. Het enige wat vaststaat, is dat de moeder ooit is veroordeeld en langdurig heeft vastgezeten. Een familiegeheim wordt ontdekt en ontrafeld door de ogen van een pubermeisje. Er is geen afgeronde plot, alles in deze zoektocht naar een moeder blijft open. De briefvorm maakt het verhaal extra aantrekkelijk. Annette van Hull schrijft met een jeugdige eenvoud, in een levendige stijl, met verrassend korte dialoogjes en zelfreflecties. “Zelf ben ik heel gewoon. Op school sta ik voor de meeste vakken net voldoende, ik heb een hekel aan sport en ben nergens goed in, behalve in het op één middag uitgeven van al mijn zakgeld. Het enige wat me bijzonder maakt, is dat mijn hele familie dood is en dat ik bij mijn opa woon.”
Unaniem vond de jury dat de Nieuw Proza Prijs Venlo 2014 toekomt aan Annette van ’t Hull voor haar verhaal ‘Beste reiziger’, dat werd gepubliceerd in 2013 in nummer 8 van het tijdschrift Extaze.