Canto Ostinato, Roel Weerheijm

1

je dove helpers roeiden jou

de blinde dichter schreef jou

van alles wat hij je niet liet zeggen
onthield ik alleen het volgende:

                laat me

laat mijn luisteren mijn verplaatsing zijn als iedereen
stil op dezelfde plank met was in zijn oren roeit

laat mijn straf van de reisroes getemd zijn
door morbide tentakels van geluid

laat mijn gevangenschap in touwen aan de scheepsmast snijden
het bloed uit de striemen is nectar voor de Sirenen

laat mijn illusie een astronaut te zijn
tijdens slagen van peddels in water

laat mijn suggestie van luchtledigheid
van roeien tot we buiten adem
buiten de atmosfeer zijn

daar is het stil
en hoor ik het zingen luider
voel ik de repetitie van onregelmatige hartslagen
en van regelmatige peddelslagen
die ons naar het midden van de aarde willen trekken

het lied volhardt koppig
maar we blijven zweven

roei door soldaten
en laat me

 

2

het is nacht en je opent je ogen
je ziet zelfs geen maan maar
je zintuigen weten je warme bloed
de muziek van je organen
de touwen om de armen van Telemachos
om het vlees van je nageslacht

als de nacht zingt
en je opent je mond rollen er
kiezels van je tong lijmen klanken je
oogleden aan elkaar

                                      een schilderij


van leegte met de contouren van

een luisterend lichaam

het lied volhardt koppig
zang is een Odyssee die je alleen begrijpt
als je de riemen loslaat de was
uit je oren haalt je plank verlaat
om naar boven te staren

                                            sterren twinkelen


op de onregelmatige hartslag van

Sirenenzang

het lied volhardt koppig
je traant je blind en bent je touwen
en soldaten
het gevoel in je spieren
en de kiezels aan je voeten al vergeten

de nacht zingt bloed
de nacht zingt hades
de nacht is een zangeres
met weerhaken in haar stem

 

3

maar we blijven zweven
boven de repetitie van regelmatige peddelslagen
boven de zang die ons in cirkels
naar het midden van de aarde wil trekken
het lied volhardt koppig
en iedereen roeit door met was in zijn oren

nee deze reis is anders
het lied volhardt koppig
maar het lied verzamelt kadavers
aan haar voeten

ik luister naar Sirenen
naar muziek die uit is op de dood van zijn publiek
het lied volhardt koppig
en we roeien in sloepen op het ritme van het bloed

we zijn allemaal astronauten
in de stilte van een draaikolk
het lied volhardt koppig
op de plek van de aarde trekt een prachtig zwart gat maar
kijken is verboden

roei door soldaten
dan vallen we niet

 

4

het lied volhardt koppig
in uitgestelde verleiding
morgen houd ik van je Telemachos Penelope
het lied volhardt koppig
je bent maar een dag weg

het lied tergt aanlokkelijk met druiventrossen
ontneemt je de adem met rode wijn
verblindt je tijdens een sterrennacht
het lied volhardt koppig
jaagt bloed langs verse striemen op je armen
alsof je enige zoon aan deze scheepsmast
en jij in de kaken van Poseidon

jij Odysseus
bent pas thuis zonder soldaten
en je ademt pas lucht
als het koppig volhardende lied
zwijgt

Dit bericht is geplaatst in Poëzie en getagd, , , . Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.